Allan McNish:
“De autosport is mijn bestaansreden”
Audi Magazine
Twee succesvolle carrières aan elkaar koppelen, het is niet voor iedereen weggelegd. Maar Allan McNish is erin geslaagd. Na meer dan twintig jaar als racepiloot op circuits overal ter wereld, leidt hij sinds 2017 het team van Audi in de Formule E, het kampioenschap voor 100% elektrische racewagens. Een perfecte uitdaging voor iemand die zich altijd ... 100% geeft.
Stoppen op je hoogtepunt … veel topsporters dromen ervan. Toen hij op 43-jarige leeftijd wereldkampioen endurance werd, besloot Allan McNish dan ook wijselijk om er niet nog een jaar bovenop te doen. “Ik wist dat ik niet de energie of de zin zou hebben om die prestatie te proberen herhalen”, legt de drievoudig winnaar van de 24 uur van Le Mans uit. Ook zijn leeftijd speelde een rol. “De nieuwe generatie piloten zou me in de pan gehakt hebben”, lacht hij. “Ik wilde niet de zwakke schakel zijn. Ik ben all-in of all-out."
Van race rijden naar race leiden
Allan McNish gaf zelf toe dat hij geen idee had wat de toekomst zou brengen. Maar één ding stond wel vast: zijn leven zou blijven draaien rond toeren/minuut. Als zoon van een autodealer in het Schotse Dumfries heeft de ex-piloot wagens en racen in zijn DNA. “Ik sta ermee op en ga ermee slapen. De autosport is mijn bestaansreden.”
Na zijn afscheid als racepiloot bleef Allan McNish dus direct verbonden met Audi Sport. In de eerste plaats zette hij zijn ervaring in om de ontwikkeling van jonge piloten te stimuleren. Maar met een dergelijke bagage was McNish al snel klaar voor een nog grotere uitdaging. Toen in 2017 het voorstel kwam om het Audi Sport ABT Schaeffler team aan te voeren, hoefde hij geen twee keer na te denken.
Nieuwe rol, soortgelijke sensaties
Die keuze pakte vrijwel onmiddellijk goed uit – zowel voor Allan McNish als Audi. Aan het einde van het seizoen van 2018 won het merk met de vier ringen de constructeurstitel in de laatste race, na een uitzonderlijke comeback. Een gedroomde start van de samenwerking.
Drie jaar later is McNish een gelukkige teambaas, die zijn leidersrol volledig omarmt. Die is volgens hem zelfs niet zo heel verschillend als die van de piloten. “Zij moeten verantwoording afleggen aan het team en de ingenieurs en proberen de prestaties van de wagen te sturen en te evalueren. In zekere zin denk ik dat een teammanager dat ook allemaal doet”, vat hij samen.
En hoe zit het met de race-ervaring? “Een team leiden komt het dichtst in de buurt. Ik heb het gevoel dat ik bijna met onze piloten in de wagen ‘woon’. Ik kijk een beetje mee door hun vizier. Het houdt mijn passie intact.”
Klaar voor het komende seizoen
Een passie die onmiskenbaar een voordeel zal opleveren tijdens het komende seizoen – het laatste van Audi in de Formule E. “Het domein waarin ik opereer is misschien veranderd, maar mijn vreugde en liefde voor de sport en mijn toewijding eraan zijn sterker dan ooit. En vandaag bestaat die toewijding eruit het team te helpen voorbereiden.” Woorden die Lucas di Grassi en René Rast vast graag zullen horen. Want hun manager staat duidelijk te popelen om de strijd aan te vatten. “Laat seizoen 7 maar komen”, grijnst hij.
